Mensen met ziektevrees, ook wel hypochondrie genoemd, maken zich voortdurend zorgen over hun gezondheid. Een klein pijntje, jeuk of een steekje worden al snel gezien als een teken van iets ernstigs, zoals bijvoorbeeld kanker. Het lichaam wordt constant in de gaten gehouden: “Voel ik iets raars?”, “Is mijn hartslag wel normaal?”, of “Zou dit iets gevaarlijks kunnen zijn?” Veel mensen met ziektevrees zoeken hun klachten vaak op via het internet of gaan regelmatig naar de huisarts om te checken wat er aan de hand is. Ze vragen ook vaak geruststelling aan anderen, maar echt gerustgesteld raken ze meestal niet. Dat kan frustrerend zijn voor de omgeving, omdat het lijkt alsof niets helpt om de angst te verminderen.

Typisch gedrag is bijvoorbeeld meerdere keren per dag het lichaam controleren, de hartslag meten, of blijven zoeken naar een verklaring voor wat men voelt. Wat voor anderen onschuldig lijkt, kan voor iemand met ziektevrees aanvoelen als een serieus alarmsignaal.